Icon: zijn tijd vooruit
Het is 14 april 1900. Op de wereldtentoonstelling in Parijs maakt in het ‘Paleis van Elektriciteit’ een compleet nieuwe automobiel zijn debuut: een elektrische auto, gebaseerd op het systeem Lohner-Porsche. Hij zal de naam Porsche beroemd maken. De reden is het innovatieve aandrijfconcept. De Berliner Zeitung schrijft: “De baanbrekende innovatie van de wagen zit hem in het totaal weglaten van alle tussenbakken (...) door de montage van elektromotoren, ‘System Porsche’, in de naven van de voorwielen.”
Ferdinand Porsche, toen 24 jaar oud, levert daarmee voor het eerst als auto-ontwerper een bijdrage. Voor het bedrijf Jacob Lohner & Co. uit Wenen ontwikkelt hij binnen tien weken een elektromobiel met in de voorwielen geïntegreerde naafmotoren. Elk van de twee elektrische motoren levert 2,5 pk, de maximumsnelheid van de Lohner-Porsche bedraagt 32 km/h. Alle vier de wielen kunnen – ook dat is in 1900 een mijlpaal – tegelijkertijd worden afgeremd. Dan al wordt duidelijk: technisch talent, constructieve creativiteit en de drang om bestaande oplossingen te verbeteren gaan bij Ferdinand Porsche hand in hand.
De naafmotor is zijn doorbraak. Opvallend is dat de techniek van begin af aan ‘System Lohner-Porsche’ wordt genoemd. Want samen met Ludwig Lohner ontwikkelt Porsche voor de elektrische aandrijving een bouwpakket en ontwerpt hij de motor in drie maten en vermogensniveaus met maximaal 12 pk per wiel – voor personenauto’s, omnibussen en zware vrachtwagens. De actieradius van de auto’s met loodaccu’s bedraagt ongeveer 50 kilometer. Porsche overweegt om de auto ook in de motorsport te gebruiken, want autoraces worden steeds populairder. Nog voor het einde van 1900 realiseert hij een elektrische racewagen met vier naafmotoren die ieder 14 pk leveren: hij noemt het model ‘La Toujours Contente’ – de altijd tevredene. Het is de eerste auto met vierwielaandrijving ter wereld.
Op basis van het bouwpakket ontwikkelt Porsche ook de wereldwijd eerste werkende hybrideauto, de ‘Lohner-Porsche Semper Vivus’ (Lat. voor ‘altijd levend’). Het idee van een op benzine en elektriciteit werkende hybrideaandrijving ontstaat omdat de accu’s altijd weer voor problemen zorgen en er zo goed als geen laadinfrastructuur bestaat. Bij het hybridemodel Semper Vivus en bij de doorontwikkelde serieversie Mixte (vanaf 1901) zijn de moeilijkheden op een elegante wijze opgelost, doordat de viercilinder frontmotor door middel van een generator als mobiele stroomleverancier functioneert.
Uiteindelijk worden er circa 300 auto’s geproduceerd op basis van het System Lohner-Porsche. 40 exemplaren gaan naar de brandweer van Wenen, andere belanden als taxi op de openbare weg of bij particulieren. In de praktijk verdwijnt de naafmotor al snel naar de achtergrond als aandrijving in personenauto’s. Andere concepten worden toonaangevend. Maar begin jaren 70 duikt de techniek – je zou kunnen zeggen als een raket – weer op. Want de drie maanauto’s van NASA, de Lunar Rover Vehicles van de Apollo-missies 15, 16 en 17, worden voortbewogen door elektrische naafmotoren – mede dankzij het pionierswerk van Porsche. Zijn voormalige baas Ludwig Lohner zou dat niet hebben verbaasd. Als hem in 1900 op de wereldtentoonstelling in Parijs vragen worden gesteld over de ontwerper, voorspelt hij: “Dat is een man die een grote carrière tegemoet gaat. U zult nog veel van hem horen, zijn naam is Ferdinand Porsche.”