ICON

“Dollemansrit door de binnenstad van Aken!” schreef de Aachener Nachrichten op 15 november 1951: een Porsche 356 van de Duitse douanerecherche had in de West-Duitse grensstad op spectaculaire wijze een Opel Kapitän achtervolgd. De reden: koffie.

  

Luister hier naar het artikel (alleen in het Engels)
  • ICON


Dit ‘bruine goud’ vormde een verleiding voor smokkelaars rond het drielandenpunt tussen Duitsland, België en Nederland, want het kostte een vermogen in het naoorlogse Duitsland, waar aan luxe een groot gebrek was. De politieagent in de Porsche met eerst 50 pk, later 70 pk, had waarschijnlijk gas leren geven op de duizelingwekkende Nürburgring. De bijrijder kon, indien nodig, voor het neergeklapte vouwdak staan voor een betere schietpositie. De smokkelaars waren veelal bewapend met scherpe voetangels, ook wel ‘kraaienpoten’ genoemd. Deze gebogen spijkers werden uitgestrooid om de banden van de achtervolgers uiteen te rijten. Daartegen hielp slechts één ding: vegen, met twee bezems die tijdens het rijden konden worden neergelaten.

Eerst waren ze op de plek van de bumper gemonteerd. Later werden ze, voor een betere camouflage, in de speciaal naar voren uitgebouwde carrosserie verborgen. Zo ontstond de ‘Bezemporsche’. Toen het smokkelen in 1954 drastisch afnam doordat de overheid lagere koffieprijzen voorschreef, kon deze auto terugkijken op een indrukwekkende carrière: 42 personen werden aangehouden en 36 voertuigen en 36.883 kilogram aan goederen werden in beslag genomen.

Thorsten Elbrigmann
Thorsten Elbrigmann